Nieuws
04 september 2025
Enabel actief betrokken bij de tweede Afrikaanse klimaattop in Ethiopië
Interview
De tweede Afrikaanse klimaattop (Africa Climate Summit – ACS), die van 8 tot 10 september plaatsvindt in Addis Abeba, Ethiopië, brengt meer dan 45 Afrikaanse staatshoofden, 100 sprekers en 25.000 afgevaardigden samen, waaronder regionale leiders, jongeren, vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld, de private sector, filantropische organisaties en belanghebbenden. Het doel is om een gezamenlijk Afrikaans standpunt te formuleren over de mondiale klimaatagenda.
Een vooruitblik met Jean Van Wetter, CEO van Enabel.
Waarom is die Afrikaanse klimaattop belangrijk ?
Jean Van Wetter : De klimaatverandering is een beetje naar de achtergrond verdwenen door de vreselijke conflicten die de afgelopen 2-3 jaar de actualiteit hebben gedomineerd, met name in Gaza en Oekraïne. Maar het klimaat blijft de uitdaging van de eeuw. Afrika, dat hard door de klimaatverandering wordt getroffen, zal tegen het jaar 2100 meer dan 4 miljard inwoners tellen. De energietransitie en de ontwikkeling van hernieuwbare energie is dus een primordiale uitdaging, niet alleen voor Afrika, maar voor de planeet. Deze klimaattop is een initiatief van de Afrikaanse Unie, waarmee ze haar leiderschap wil onderstrepen om de klimaatverandering effectief aan te pakken. De AU beseft ook dat de klimaatverandering niet alleen een mondiale uitdaging is, maar ook een economische opportuniteit.
Wat gaat Enabel er doen ?
Jean Van Wetter : Wij kunnen niet anders dan dit initiatief te ondersteunen, want het klimaat stopt niet aan de grenzen en wij hebben er alle belang bij om samen te werken. Enabel is door de Ethiopische overheid gevraagd om mee te helpen aan de voorbereiding van deze klimaattop, op basis van onze ervaring in Mozambique waar we met de overheid samenwerken om financiële oplossingen te vinden voor de energietransitie en een klimaatresistente economie. De energietransitie gaat gepaard met de opkomst van nieuwe economische sectoren, zoals elektrische mobiliteit, bio-energie, groene waterstof, batterijen, groene kooktechnieken en alternatieve brandstoffen. Deze sectoren bieden reële kansen om lokale werkgelegenheid te creëren. Het aantal startups en lokale bedrijven dat actief is in de sector van de hernieuwbare energie blijft groeien in Afrika, wat getuigt van een sterke ondernemersdynamiek. Deze initiatieven blijven echter in grote mate geconfronteerd met een behoefte aan financiering om op te schalen en hun impact te bestendigen. Ook in de Sahel, in Senegal, Burkina Faso, Mali en Niger adviseren we lokale partners om de klimaatverandering op te vangen. En in Ivoorkust werkt Enabel samen met de overheid om ervoor te zorgen dat er bij de teelt van cacao en koffie geen bossen worden gekapt, zoals de EU-regels voorschrijven. Deze klimaattop biedt ons de mogelijkheid om onze ervaring te delen met experts en beslissers in de mondiale discussies over klimaat en energietransitie. Deze top is een hefboom die ons in staat stelt onze expertise aan te bieden voor duurzame partnerschappen met Afrika. We krijgen er erkenning voor onze klimaatexpertise en we kunnen zo bijdragen aan bredere beleidsdialogen, met name op het gebied van innovatieve financiering, betrokkenheid van de private sector en de hervorming van de internationale financiële architectuur.
We zijn ook aanwezig op de ACS in onze hoedanigheid van covoorzitter van het Practitioners’ Network, dat 25 Europese agentschappen verenigt. Niemand kan de klimaatverandering alleen aanpakken, en daarom proberen we ook meer gezamenlijke projecten op te zetten via dat netwerk. De energietransitie biedt mooie kansen om meer samen te werken, om onze krachten en middelen te bundelen, ook met de bedrijfswereld. Ik denk bijvoorbeeld aan Mission 300, een initiatief van de Wereldbank en de Afrikaanse Ontwikkelingsbank om in de volgende 5 jaar 300 miljoen Afrikanen te voorzien van elektriciteit. Dergelijke pan-Afrikaanse initiatieven tonen aan dat samenwerking tussen landen niet alleen nuttig, maar noodzakelijk is om grensoverschrijdende problemen aan te pakken. Er is méér internationale samenwerking nodig, dat is de conclusie.
” Het klimaat blijft de uitdaging van de eeuw. Afrika, dat hard door de klimaatverandering wordt getroffen, zal tegen het jaar 2100 meer dan 4 miljard inwoners tellen. De energietransitie en de ontwikkeling van hernieuwbare energie is dus een primordiale uitdaging, niet alleen voor Afrika, maar voor de planeet. “
Aansluitend bij de klimaattop leidt Enabel, samen met het Zweedse agentschap SIDA in hun hoedanigheid van covoorzitters van het Practitioners’ Network, een ‘fact-finding mission’ naar Lubumbashi in de DR Congo en Ndola en Lusaka in Zambia in het kader van de Lobito-corridor. Wat hopen jullie te vinden?
Jean Van Wetter : De Lobito-corridor is een grootschalig infrastructuurproject dat een spoorwegverbinding creëert tussen de havenstad Lobito aan de Atlantische kust van Angola en de mineraalrijke regio’s in de Democratische Republiek Congo en Zambia. Het doel is om een efficiënte en duurzame route te bieden voor de export van kritieke mineralen zoals koper en kobalt. De corridor moet ook regionale handel stimuleren, werkgelegenheid creëren en bijdragen aan de economische ontwikkeling van Angola, Zambia en de DRC. Het project wordt onder meer gesteund door de EU via de Global Gateway. We reizen af met een uitgebreide delegatie, met vertegenwoordigers van Italië, Duitsland, Nederland, Zweden, Frankrijk, Tsjechië, Finland en de EU, en we willen bekijken hoe Team Europe een rol kan spelen in de ontwikkeling van de corridor. Hoe we als publieke agentschappen, samen met de Europese Commissie, de bedrijven mee aan boord kunnen krijgen voor dit project. Want het gaat niet alleen over een spoorweg, maar ook over wegen, over handelsroutes, het ontsluiten van landbouwgebieden. Je kunt het vergelijken met de manier waarop de Europese Unie infrastructuurwerken opzet om de Europese markt te integreren.
Wat is de rol van Enabel in dit verhaal ?
Jean Van Wetter : Onze rol als Belgisch agentschap voor internationale samenwerking is dat we kunnen meewerken aan een investeringsvriendelijke omgeving, aan goed bestuur, aan beroepsopleiding. En Team Europe moet er ook voor zorgen dat er geen versnippering is, met te veel kleine projectjes die naast elkaar bestaan, zonder samenhang. Enabel is al aanwezig in Katanga, en SIDA is actief in Zambia. Het is belangrijk om ons werk op elkaar af te stemmen zodat we voor de Lobito-corridor dezelfde visie ontwikkelen. Om echt blijvende impact te hebben, moet je samenwerken, en het Practitioners’ Network is een voor de hand liggend platform om dat te doen. De lessen die we uit deze reis halen, gaan we terugkoppelen aan de EU tijdens het Global Gateway Forum dat op 9 en 10 oktober in Brussel wordt gehouden. We gaan een scenario voorstellen om beter en meer samen te werken via het Practitioners’ Network, de DFI’s (Development Finance Institutions), via JEFIC (Joint European Financiers for International Cooperation), via de exportkredietagentschappen. Ik hoop dat dit bezoek een eyeopener kan zijn, want nogmaals: we moeten méér samenwerken dan ooit tevoren.